Deze pagina is momenteel in aanbouw.

Het wagenpark

Hier vindt u een overzicht van het wagenpark van de Borkumer Kleinbahn. Bijzonder aan het bedrijf is dat het complete wagenpark in een eigen werkplaats wordt onderhouden en dat alle reparatie-, restauratie-, onderhouds- en spuitwerkzaamheden daar worden verricht. Ook de stad Borkum en de daar gevestigde bedrijven maken voor hun vrachtwagens gebruik van deze service. Bovendien beschikt de werkplaats over een meubelmakerij, waar alle houtbewerkingen voor de haven of voor de historische wagens worden uitgevoerd.

De medewerkers van de werkplaats verrichten het hele jaar door onderhoud aan de installaties in de veerhaven Borkum.

De werkplaats kan in het seizoen worden bezichtigd.

Locomotieven
Historische stoomlocomotieven

Al in 1888 werden er stoomlocomotieven ingezet op het grootste Oost-Friese eiland. De eerste twee locomotieven van de Borkumer Kleinbahn heetten "Moritz" en "Melitta". Zij werden gevolgd door de nieuwe loc "Borkum". Tot 1925 vond het vervoer op het eilandspoor met deze drie machines plaats. Daarna werden ze door de krachtiger locomotieven "Emden", "Aurich", "Münster" en "Leer" afgelost.

 

Stoomlocomotief "Borkum"

De huidige stoomlocomotief "Borkum III" werd op 1 maart 1941 in gebruik genomen. De locomotief werd gebouwd door de firma "Maschinenbau und Bahnbedarf AG, vormals Orenstein & Koppel" nabij Berlijn.

De techniek ontwikkelde zich verder en de Borkumer Kleinbahn breidde uit met diesellocomotieven. De stoomlocomotieven werden buiten dienst gesteld. Zo reed de "Dollart" bijvoorbeeld voor het laatst ter gelegenheid van het 80-jarige jubileum van de Kleinbahn, waarna hij dienst deed als monument bij het kurhaus. Daar raakte de loc in verval, totdat er in 1996 eindelijk een begin werd gemaakt met het herstel.

In het "Dampflokwerk Meiningen" van de Deutsche Bahn AG werd de "Dollart" compleet gedemonteerd en opgeknapt. De kosten bedroegen destijds zo'n 620.000 DM. Vandaag de dag vormt de locomotief voor de Borkumer Kleinbahn onder de naam "Borkum III" een betrouwbaar en vast onderdeel van het historische wagenpark.

Diesellocomotieven

Het moderne wagenpark van de Borkumer Kleinbahn bestaat uit diesellocs. Door hun bijzonder milieuvriendelijke aandrijving lenen deze locs zich bij uitstek voor inzet op het kuur- en strandeiland Borkum.

  • De oudste dieselloc "Leer II" werd in 1935 gebouwd voor de marine door "Deutsche Werke Kiel". In 1948 werd de loc eigendom van de BKL en verving deze de stoomloc "Leer".
  • De loc "Emden II" werd in 1942 gebouwd door de firma "Henschel". Deze loc werd elektrisch aangedreven en verving de stoomloc "Emden".
  • De loc "Münster II' uit 1957 werd door de firma "Schöma" af fabriek geleverd op het eiland Borkum. Met 112 pk was deze loc lange tijd de sterkste loc van de Borkumer Kleinbahn.

Jongere diesellocomotieven zijn de loc "Hannover" (1993), de loc "Berlin" (1993), de loc "Münster III" (1994) en de loc "Aurich” (2007). Deze werd in 2007 nieuw gebouwd en op het marktplein van Aurich ten doop gehouden. Deze loc luidde voor de Borkumer Kleinbahn een nieuw tijdperk in de locomotiefgeschiedenis in. De loc werd geproduceerd in Diepholz door "Lokomotivenfabrik Schöma" en lijkt aan de buitenkant sterk op de bestaande motorwagens van de Borkumer Kleinbahn. Technisch wijkt de loc echter behoorlijk af van zijn voorgangers: de Deutz-motor is niet meer luchtgekoeld, maar watergekoeld en bereikt bij een vermogen van 250 pk een maximale snelheid van 50 km/uur.

Passagierswagons
Personenwagen Nr. 1

In 1947 nam de Borkumer Kleinbahn de voormalige ambulancewagon over van de marine. In 1984 werd deze wagon omgebouwd tot "Gesellschaftswagen". Sindsdien wordt hij bijvoorbeeld voor speciale ritten gebruikt. Voor een bijzondere ervaring kunnen groepen tot 24 personen een feestelijke rit boeken, compleet met service zoals hapjes en drankjes en muziek.

Toen de Borkumer Kleinbahn aan het einde van de Tweede Wereldoorlog haar wagenpark in puin vond, vormden de twee marinewagons nr. 1 en nr. 2 een welkome aanvulling bij de uitvoering van de spoordiensten.

Personenwagen Nr. 2

In 1908 begon het keizerlijke bureau van de commandant op Borkum met de bouw van een spoor dat uitsluitend bedoeld was voor militaire doeleinden. Als eerste nieuwbouw-personenwagon voor het transport van manschappen en als hospitaalwagon werd in 1914 een twee-assige, kleine personenwagon aangeschaft.

Na de Tweede Wereldoorlog bleef de wagon in het bezit van de marine en in 1947 werd deze overgenomen door de Borkumer Kleinbahn.

Tegelijk met de bouw van een nieuwe rangeerhal bij het depot werd het voertuig in een technisch goede en aan de buitenkant gereviseerde staat overgedragen aan het streekmuseum op Borkum. Daar stond de wagon in de buitenlucht op een stuk rails. Door weersinvloeden raakte het voertuig vooral in de laatste jaren dat het tentoongesteld werd aanzienlijk beschadigd (zo zakten het dak, de ramen en de houten bak van de voertuigconstructie in). In 1996 werd het voertuig overgebracht naar Harburg, om daar te worden opgeknapt door de vereniging "Jugend in Arbeit Hamburg e.V.". Het stalen chassis en de houten wagonbak werden geheel gerenoveerd. In het kader van de omvangrijke restauratie werden ook de historische dubbele schuifdeuren weer in ere hersteld. Sindsdien glimt de wagon weer in zijn historische originele lak.

Na de terugkeer van de wagon op Borkum op 19 mei 1998 vond na afronding van de resterende werkzaamheden de spoorbaantechnische overname (= hoofdinspectie) plaats.

Het handgeremde voertuig wordt uitsluitend voor speciale ritten in een historisch treinstel ingezet.

Personenwagen Nr. 17

In 1916 kocht de Borkumer Kleinbahn meerdere gebruikte goederenwagons van de Kyffhäuser Grubenbahn, toen deze overstapte op normaal spoor. Tegelijkertijd werd van hen een kleine twee-assige personenwagon uit bouwjaar 1889 als wagon nr. 17 overgenomen.

Het "wagentje", dat aan elke kant maar drie ramen heeft en door zijn korte wielbasis een lichte neiging tot slingeren heeft, kreeg bij de Kleinbahn de bijnaam "Hully-Gully" of "Garibaldi". Na de laatste oorlog werd het bij spoorwerkzaamheden als transportwagon voor de arbeiders gebruikt.

Vanaf het einde van de jaren tachtig werd personenwagon nr. 17 niet meer gebruikt, ook niet voor manschappen. De wagon stond maar beperkt bedrijfsklaar in de oude wagenhal. Na zijn restauratie door "Jugend in Arbeit e.V." in Hamburg kwam de wagon in mei 1998 terug op het Noordzee-eiland Borkum. Tijdens de restauratie werden complete componenten vernieuwd, met name bij de houten wagenbakopbouw. De veiligheid van passagiers op het open balkon achteraan het voertuig werd nu verzekerd door klapdeuren in plaats van een eenvoudige ketting.

Vanwege zijn langdurige inzet op Borkum en zijn historische leeftijd geldt de wagon echter als een belangrijk museumstuk van het eilandspoor Borkum. Hij wordt alleen ingezet in historische treinstellen, bijvoorbeeld samen met de stoomloc "Borkum", en alleen bij speciale ritten.

Kaiserwagen

De Borkumer Kleinbahn kocht in 1905 haar eerste nieuwbouwwagen: een twee-assige salonwagon van de firma "Düsseldorfer Eisenbahnbedarf, vorm. Carl Weyer". De wagon kreeg het nummer 38 toebedeeld. Tot die tijd waren er bij de Borkumer Kleinbahn alleen gebruikte personenwagons en tien eenvoudige zelfbouwwagons in gebruik.

De twee-assige wagon heeft bij een totaalgewicht van 6,6 ton een over de buffers gemeten lengte van 9,8 meter. Het interieur van de wagon bestaat uit een adjudantencoupé en de eigenlijke salon, die via een in het midden van de wagon aangebrachte deur direct met elkaar zijn verbonden. Aan de kopse kanten van het voertuig zijn er open balkons, die ook als toegang tot de wagon dienen. Bij goed weer bieden gelakte, houten zitplanken bekleed met plaatwerk tijdens de reis een aangenaam verblijf in de buitenlucht.

Alle 26 zitplaatsen in de wagon, waarvan 14 in de adjudantencoupé en 12 in de salon, hebben kussens met binnenvering en zijn bekleed met bordeauxrood fluweel en bijpassende galons. De zijwanden onder de ramen zijn eveneens voorzien van opgestikt fluweel. Daarboven origineel structuurbehang met glanseffect. De gordijnen kunnen met de messing drukknoppen tegen inkijk worden gesloten.

De raampartijen, twee per wagonzijde, hebben de karakteristieke smal-breed-smal verdeling en zijn van geslepen kristalglas in houten kozijnen. De smalle ramen zijn schuifvalramen, die via een leren riem worden bediend. Voor extra verlichting is er een bovenlichtlantaarn waarvan het melkglas met sterren is gedecoreerd.

De houten vloer is voorzien van bruinig linoleum met opgeschilderde siervakken, dat vanwege verouderingsverschijnselen moest worden gerenoveerd. De afscheidingsdeur met aan beide zijden een spiegelruit, instructieborden, asbak, bagagerekken en de inbouwbakken van de petroleumverlichting zijn allemaal in de originele uitvoering aanwezig.

Boven de deuren in de salon bevinden zich waardevolle sopraportes in houtinlegwerk, die berglandschappen voorstellen. Een spanplafond is beschilderd met Jugendstil-ornamenten. In de adjudantencoupé bestaat het plafond uit houtcassettes met tussenliggende linnen bekleding. Al snel nadat de wagon in gebruik was genomen, werd hij de "Kaiserwagen" genoemd. Van 1911 tot 1928 gaf de Borkumer Kleinbahn in totaal tien verlengde vierassige passagierswagons in opdracht, die qua constructie op de keizerwagon lijken, maar die eenvoudiger zijn uitgevoerd. Bij een restauratie die in 1996 door de Borkumer Kleinbahn werd uitgevoerd, kwam een decoratieve Jugendstil-schildering tevoorschijn, die in zijn geheel opnieuw is aangebracht. Net als het grootste deel van het hele eilandspoor staat het voertuig op de monumentenlijst. De wagon wordt alleen op verzoek als showwagon in reguliere treinen of in individueel gekozen speciale treinstellen ingezet, waarbij er een begeleider en hostess aanwezig zijn.

Wagons uit de Weyer-serie

Naast de reeks zelfgebouwde wagons van de Borkumer Kleinbahn fungeerden de wagons van de firma "Weyer" langdurig als aanvulling op de personenwagons van de Borkumer Kleinbahn. De eerste "Weyer-wagon" in het wagenpark van het eilandspoor was de twee-assige "Kaiserwagen" uit 1905. Drie jaar later kwam het eerste exemplaar van de fraaie en elegante vierasser naar Borkum. De vierassige personenwagons op Borkum waren de eerste in hun soort op de Oost-Friese eilanden. Ze brachten aanzienlijk meer comfort en het uiterlijk moest bepalend zijn voor de uitstraling van de Kleinbahn.

In de jaren 1911 en 1914 werden nog eens twee vierassers van dit type in gebruik genomen. Alle exemplaren waren afkomstig van "Weyer" en ze kregen de nummers 42, 44 en 45. De wagons 42 en 44 hebben met leer beklede stoelen, wagon 45 is voorzien van houten banken.

In 1925 leverde Weyer nog eens twee van de vierassers die hun waarde inmiddels hadden bewezen (nr. 18 en 19). Tot 1928 volgden er nog eens vijf wagons van het type Weyer; deze kregen de nummers 51, 52, 53, 56 en 57. In tegenstelling tot het overgrote deel van de overige wagons raakten de vierassers en ook de Kaiserwagen tijdens de oorlog niet beschadigd. Dit was hoofdzakelijk te danken aan het feit dat ze niet ter beschikking waren gesteld aan de marine.

Ook bij andere Duitse Kleinbahnen werden veel "Weyer"-wagons ingezet. Deze waren hoofdzakelijk te vinden bij meerbaans sporen (o.a. Steinhuder Meer-Bahn, Bielefelder en Herforder Kreisbahnen, Flensburger Kreisbahn, Karlsruher Localbahn), maar ook op een spoorwijdte van 750 mm (Bleckeder Kreisbahn) of zelfs 785 mm (Rhein-Sieg-Eisenbahn). Bij de voor Borkum gebouwde wagon ging het eigenlijk om meterspoorvoertuigen, waarbij alleen de wielen af fabriek al met een spoorwijdte van 900 mm op de assen waren gezet.

Personenwagen Nr. 101

In de jaren vijftig nam het zomerse strandverkeer op Borkum weer toe. Bij de Borkumer Kleinbahn und Dampfschiffahrt GmbH leidde dit tot een grotere behoefte aan wagons voor personenvervoer. De aanschaf van in totaal zes wagons van de Bielefelder Kreisbahn bracht uitkomst.

De Bielefelder Kreisbahn werd in 1955 gesloten. Een van de voormalige Bielefelder wagons, die op Borkum voor het eerst in 1956 werden ingezet, was de personenwagon nr. 101. Voor gebruik op het eiland was het nodig de spoorwijdte aan te passen naar 900 mm en ook waren er andere kleinere aanpassingen nodig.

Inmiddels behoort personenwagon nr. 101 tot het historische wagenpark van de onderneming. Met veel inspanningen is de wagon gerestaureerd door "Ökologische Technik Hamburg e.V.". Bij deze gelegenheid werd ook de voertuigbreedte teruggebracht van 2,55 m naar 2,40 m, zodat deze overeenkomt met de op Borkum voorgeschreven breedte voor treinwagons.

Modern rijtuig "Bautzen"

In december 1992 werd aan Waggonbau Bautzen opdracht verleend voor nieuwe rijtuigen voor personen- en speciaal vervoer.
Om het algemene karakter van de rijtuigen te behouden, sluit het uiterlijk van de nieuwe wagens in grote mate aan op dat van de reeds aanwezige rijtuigen van het type Weyer. Vanwege de bestaande perronlengtes en rangeermogelijkheden zijn ook de afmetingen afgestemd op die van de voorgangers.

De open balkons hebben hetzelfde ontwerp als bij de oude wagens en hebben aan de kopse kant zitbanken, die de passagiers bij mooi weer uitnodigen even plaats te nemen.
Ook het interieur volgt het historische voorbeeld, met banken in de lengte en in dwarsrichting.

Alle ruituigen hebben een intercom en zijn voorzien van elektrische verwarming. De twee speciale wagens zijn multifunctioneel ingericht. De wagens hebben één zitbank en zijn in de eerste plaats bedoeld voor passagiers met een mobiliteitsbeperking en voor kinder- en bolderwagens.

Omdat er rekening moest worden gehouden met het ruwe zeeklimaat op Borkum, zijn alle nieuwe wagons voorzien van roestvrije materialen en een speciale buitenlak. De beoogde levensduur van alle nieuwe wagons is 50 jaar.

De goederenwagons
De goederenwagons

De eerste goederenwagons werden in de eigen werkplaats van "Habich & Goth" op Borkum gemaakt. Het begon met een postwagon, een open en vijf overdekte goederenwagons, die in de periode van 1889 tot 1895 werden gebouwd. Voor het transport van bouwmaterialen werden daarnaast open houten lorries gebruikt. In 1904 leverde de "Düsseldorfer Eisenbahnbedarf, vorm. Carl Weyer" nog meer speciale en goederenwagons.

Vanaf 1925 kwamen er samen met de stoomlocs en personenwagons nieuwe wagons beschikbaar voor het eilandspoor. Vanaf 1935 maakte het vervoer voor de bouwwerkzaamheden aan de zeevesting verdere aankopen noodzakelijk, met name voor het transport van materiaal. Bovendien werd de voorraad bakkiepwagens tot 120 stuks uitgebreid.

Na de Tweede Wereldoorlog was een groot deel van de goederenwagons aan reparatie toe. De overname van vijf marine-goederenwagons door de Borkumer Kleinbahn kwam dan ook zeer gelegen. In 1960 werden nog eens tweedehands goederenwagons aangeschaft, voor het vervoer van kolen. Na de stormvloed van 1962 werd het goederentransport verplaatst naar de weg.

Bussen
Oude bus
Reguliere diensten
Elektromobiliteit
Elektrische bussen
Electromobiel

Excursieaanbiedingen van de Borkumer Kleinbahn: